bovenaanzicht van appartementencomplex poortdijk in gemeente ijsselstein
Laatst gewijzigd op: 09 juli 2024

Een commissie die bepaalt of een bouwwerk in de omgeving past of niet, hoe zit dat?

Wanneer je een vergunning aanvraagt voor een bouwplan, kan het zijn dat je te maken krijgt met de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Deze commissie geeft advies over bouwplannen en bewaakt de samenhang in de omgeving. In dit artikel leggen Danielle Bonzet en Anthony Tom uit hoe deze commissie werkt.

Omgevingsvergunning aanvragen

Danielle Bonzet is naast cluster coördinator bij de Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU) ook betrokken bij de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Namens de ODRU coördineert ze adviesaanvragen voor de gemeenten IJsselstein en De Ronde Venen. Ze legt uit hoe zo’n aanvraag tot stand komt: “Meestal begint het bij een inwoner die een vergunning wil voor een bouwplan. Die aanvraag komt dan terecht bij onze vergunningsverlener. Wanneer er een advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit nodig is, komt de aanvraag ook bij mij terecht. Die aanvraag zet ik dan op de agenda voor het overleg met de commissie. Voor de gemeente IJsselstein is dat Stichting MooiSticht; zij organiseren namens gemeenten de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit.”

Verantwoording afleggen

Om erachter te komen hoe zo’n advies van een commissie tot stand komt, spreken we Anthony Tom. Naast directeur van MooiSticht geeft hij als lid ook advies over de ruimtelijke kwaliteit voor onder andere de gemeente IJsselstein. Volgens hem begint elke aanvraag met het bepalen wat het effect van een plan kan zijn op de buren: “Een bouwplan is een ingreep in de openbare ruimte en heeft invloed op de stad, het dorp en de buren. Om dat in goede banen te leiden, leggen inwoners verantwoording af aan ons en het gemeentebestuur.”

Danielle Bonzet en Anthony Tom

Poortdijk in IJsselstein

Voor een sprekend voorbeeld waar een advies bij kwam kijken, noemt Anthony het project bij Poortdijk in IJsselstein. De wens was om een oude school van één verdieping om te vormen tot een appartementencomplex van vijf lagen. De commissie adviseerde negatief op een bouwplan met vijf lagen.

Poortdijk IJsselstein, situatie voor de bouw van het appartementencomplex. Arbeidershuisjes links onder, rechtsboven de school.
Poortdijk IJsselstein, situatie na de bouw van het appartementencomplex. Arbeidershuisjes links onder, rechtsboven het appartementencomplex met vier bouwlagen.

Culturele waarde

Een van de redenen voor dit negatieve advies lag bij het nabijgelegen Imminkplein met arbeiderswoningen uit het bouwjaar 1920. Omdat dit destijds de eerste arbeidershuisjes in de gemeente waren, heeft het een belangrijke culturele waarde. Het nieuwe appartementencomplex met vijf bouwlagen zou daarmee te veel afwijken ten opzichte van het plein: “Na goed overleg met de gemeente, projectontwikkelaars en de architect hebben we toen advies uitgebracht voor een ontwerp met maximaal vier lagen, met de bovenste laag in een donkere kleur en meer naar achteren. Daarmee lijkt het meer op drie lagen met een kap.”  

Juridisch onderbouwen

Een officieel advies is overigens geen nattevingerwerk. Hoewel Anthony niet de vergelijking wil maken met het werk van een jurist, kent het wel raakvlakken: “Als we vinden dat iets niet past, moeten we het juridisch onderbouwen vanuit de nota ruimtelijke kwaliteit. Iedere gemeente heeft hun eigen beleid vastgelegd in deze nota. Daarin staan regels over het uiterlijk en de plaatsing van bouwwerken. Met deze regels in ons achterhoofd onderbouwen we ons advies en voeren we gesprekken.

In goed overleg

Volgens Anthony is goed overleg een belangrijk speerpunt voor MooiSticht: “Als inwoners opmerkingen hebben op een advies dat wij uitbrengen, dan denken we altijd mee. En vaak komen we dan samen tot een oplossing die past in het gemeentelijk beleid.” Volgens Danielle komt het ook wel eens voor dat een inwoner wordt uitgenodigd voor een gesprek op locatie: “In dat soort gevallen zit ik er bij om de agenda te bewaken en te zorgen dat de inwoner zicht op het gemak voelt. Na dit gesprek wordt er een advies opgesteld. Dat advies komt uiteindelijk weer terecht bij de vergunningsverlener. En die stuurt het dan weer naar de inwoner.”